Moet je nu in de beurs stappen precies op het moment dat de koersen pieken?
Voor veel aanstaande beleggers een moeilijke vraag om te beantwoorden.
De Nasdaq, de technologiebeurs, bijvoorbeeld staat op z’n hoogste niveau ooit en voor je het weet, stort de boel straks in.
Dus wat is nou het beste instapmoment? En bestaat er überhaupt wel zoiets als het beste instapmoment?
In dit blog lees je er alles over.
Table of Contents
Hoe eerder, hoe beter
Om maar meteen met de deur in huis te vallen: het beste of ideale instapmoment bestaat niet.
Je kan allerlei historische data erop naslaan waaruit blijkt dat het onbegonnen werk is om de bodem (of top) in de beurs aan te kunnen wijzen.
Zelfs het overgrote deel van de doorgewinterde fondsbeheerders en andere professionals lukt het niet om de beurs te timen.
Dus als ik jou was, zou ik het ook maar niet proberen.
In plaats van ‘timing’ kan je je beter richten op ‘time’.
Hoe eerder je begint met beleggen, hoe beter.
Dat blijkt dan weer wel uit historische gegevens.
Beurzen bewegen in cycli, op en neer.
Altijd al zo geweest.
Van tijd tot tijd komt er een correctie. Maar daarna zie je altijd wel weer een herstel.
Soms duurt het herstel weken, soms maanden en heel af en toe jaren (zoals in de 30-er jaren van de vorige eeuw).
Nu kan het natuurlijk gebeuren dat de beurzen aan een daling beginnen precies op het moment dat jij bent ingestapt.
Lullig, want je ziet je zuurverdiende geld steeds minder worden.
Maar wat nog veel lulliger is: al je aandelen op het dieptepunt verkopen, omdat je de pijn niet langer kan verdragen.
Om vervolgens de koersen weer te zien stijgen.
Als je een beleggingshorizon hebt van 10 jaar of langer, is een dalende beurs niet zo erg als het lijkt.
Zoals ik al zei, herstel treedt altijd op. Vaak sneller dan je denkt.
Zie de grafiek hieronder voor een recent voorbeeld.
In februari van dit jaar zagen we de scherpste en snelste daling ooit van de Nasdaq, de technologie-index.
Om vervolgens binnen een paar maanden nieuwe records te breken.
Uitzoomen. Klinkt makkelijk, op papier…
Ja, je ziet een bijna verticale daling en daarna een langdurige stijging.
Best wel indrukwekkend, maar je voelt er niks bij.
Hoe anders, als je zelf dagenlang met je aandelen in die daling zat.
Elke dag dat je je aandelenkapitaal zag krimpen.
Je moet stil zitten, als je geschoren wordt, zeggen ze. Maar probeer dat maar eens op het moment zelf.
Zo werkt dat nu eenmaal bij ons mensen. We kunnen op dit soort momenten maar moeilijk uitzoomen en bij onszelf denken ‘het komt wel weer goed’.
We hechten veel meer waarde aan het hier en nu.
Maar kijk je naar de S&P 500, de index die zo’n beetje wordt gezien als de graadmeter van de Amerikaanse beurs, dan zie je iets opvallends.
De index leverde de afgelopen 30 jaar een gemiddeld rendement op van ruim 10% per jaar.
En mind you, dat is inclusief het knappen van de dot.com bubbel, de Azië crisis en de kredietcrisis!
Dus ook al valt het niet mee, zo’n daling: probeer uit te zoomen en het grotere plaatje voor ogen te houden.
Hoe meer tijd je hebt, hoe groter de kans op rendement
Hoe korter je als belegger in de markt zit, hoe meer je een speelbal bent op die golven.
Je kunt geluk hebben op het moment dat je instapt, maar ook dikke pech.
Hoe langer de periode tot je je geld nodig hebt, hoe groter de kans dat ‘geluk’ en ‘pech’ minder gaan tellen en het rendement in de buurt komt van het historisch gemiddelde.
Spreid tussen aandelen en obligaties
De koersen van aandelen en obligaties bewegen meestal omgekeerd evenredig.
Stijgen aandelen, dan dalen obligaties en andersom.
Tijdens de financiële crisis in 2008 gingen aandelen door het putje, maar obligaties deden het juist goed.
Dus zorg altijd voor een verdeling tussen aandelen en obligaties.
Volg de index
En allemaal willen ze de markt (bijvoorbeeld een index als de S&P 500) verslaan.
En van de fondsen die het wel lukt, weet je van tevoren nooit welke dit zijn.
Je kan daarom maar beter beleggen in een fonds dat een index volgt in plaats van probeert te verslaan.
In het laatste geval is de kans op winst klein, maar op verlies veel te groot.
Minder kosten is altijd beter
Maar het is heel simpel: elk tientje aan kosten, betekent een tientje minder rendement.
Let daarom bij de keuze van een beleggingsfonds wat je allemaal aan kosten moet betalen.
Hoe minder, hoe beter.
Regelmatig bijstorten
Een hele eenvoudige, maar effectieve manier van risicomanagement.
Je koopt als aandelen duur, maar ook goedkoop zijn.
Zo loop je niet het risico dat je all-in gaat op het moment dat de beurzen dalen.
Verminder je risico naarmate de tijd verstrijkt
Het zou jammer zijn als in het zicht van de haven de beurs crasht en je alsnog averij oploopt.
Beleg met indexfondsen
Hoeft ook niet.
Je kan het ook uitbesteden aan een professionele partij.
Maar kies dan wel een partij die alleen de beste aandelen- en obligatiefondsen aanbiedt die er zijn.
Waarbij spreiding key is en er niet wordt gegokt met je geld.
Oersaai, maar uiterst effectief.